Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En ik hoorde [12]Een, Die met mij sprak, uit het huis; en [13]de man was bij mij staande. 12. Namelijk den HEERE, wiens heerlijkheid den tempel vervulde, in vs.5, en die in vs.7 tot den profeet spreekt. Vergelijk boven hfdst.1 vs.28, en hfdst.2 vs.1. 13. Anders, een man. Zie boven hfdst.40 vs.3.